en de fr es

Home Alfabet Categorieën Link aanmelden Link wijzigen Adverteren Login Contact

Arbitrage

Omdat hockey op verschillende niveaus beoefend wordt, maakt men ook onderscheid in scheidsrechters. Voor de jongste jeugd zijn deze scheidsrechters in feite spelleiders, bedoeld om de kinderen op een aangename en vooral veilige manier kennis te laten maken met het hockeyspel. Deze spelleiders leggen het spel met enige regelmaat stil om de kinderen aanwijzingen te geven. Een spelleider behoeft geen scheidsrechtersdiploma te hebben. Het volgende niveau is clubscheidsrechter. Hiervoor is wél een scheidsrechterskaart nodig, deze is te behalen op een examen dat door de club zelf wordt geregeld. Spelers zijn verplicht om voor hun 16e zo'n scheidsrechterskaart te behalen. Negeren van deze regel betekent simpelweg dat de betreffende speler niet deel mag nemen aan competitiewedstrijden tot hij het examen met succes heeft doorlopen. Clubscheidsrechters worden door hun vereniging aangewezen om competitiewedstrijden te leiden. Scheidsrechters die hierna hogerop willen komen, volgen via de hockeybond een opleiding tot bondsscheidsrechter. Tijdens deze opleiding maakt de scheidsrechter met behulp van een begeleider een portfolio waarin hij aangeeft wat hij tijdens de opleiding heeft geleerd. Zijn er voldoende wedstrijden gefloten waarop de kwalificatie voldoende van toepassing is dan volgt een examen en een mogelijke benoeming tot bondsscheidsrechter. Op basis van een aantal beoordelingen gedurende een seizoen kunnen bondsscheidsrechters promoveren en ook degraderen. Binnen de districten is het maximaal te fluiten niveau dames overgangsklasse en heren eerste klasse. Een vervolg daarop is het fluiten in de landelijke groep waar de wedstrijden van de dames hoofdklassen en de heren hoofd- en overgangsklasse van scheidsrechters worden voorzien. Een enkeling kwalificeert zich daarna nog voor de internationale arbitrage.

  • Hockeyregels

De strafcorner en strafbal

De strafcorner wordt toegekend na een overtreding van een verdediger in de cirkel of na een zware of opzettelijke overtreding door een verdediger achter de 23-meterlijn, maar buiten de cirkel. Binnen de cirkel leidt zo'n overtreding tot een strafbal. Ook als een verdediger door een overtreding een doelpunt voorkomt volgt een strafbal. Bij een strafbal, ook wel strafpush geheten, moet de aanvaller de bal pushen vanaf de strafbalstip, terwijl de keeper met zijn voeten op de lijn moet staan. Strafballen worden ook genomen bij sommige toernooien als een wedstrijd in een gelijkspel is geëindigd: eerst komt dan een serie van vijf strafballen. Is er na vijf genomen strafballen nog geen winnaar, dan mogen de teams steeds elk één strafbal nemen totdat het ene team scoort en het andere niet. Bij de strafcorner neemt de verdedigende partij plaats achter de achterlijn en de aanvallende buiten de cirkel. De verdedigende partij bestaat uit maximaal vijf spelers: een keeper, een eerste en een tweede uitloper, een lijnstopper en een vrije verdediger. De lijnstopper mag een masker op (een Face-Off) maar dat hoeft niet. De aanvallende partij bestaat uit een aangever, een stopper en iemand die slaat of pusht, en andere spelers die diverse rollen hebben bij zogenaamde cornervarianten. Pas als de aangever de bal speelt mogen de verdedigers en de aanvallers de cirkel betreden. De bal moet buiten de cirkel worden gestopt en een geslagen bal telt alleen als deze op de plank van het doel terecht komt.

  • Strafcorner en strafbal

Hockey in Nederland

In 1891 introduceerde Pim Mulier het hockey in Nederland. Tussen 1998 en 2008 groeide het aantal hockeyers dat actief is in verschillende Nederlandse competities van 130.000 naar 200.000. Zij zijn lid van de Koninklijke Nederlandse Hockey Bond (KNHB), die op zijn beurt is aangesloten bij de Internationale Hockey Federatie (FIH). In Nederland bestaan verschillende competitievormen; de bekendste vorm is de landelijke reguliere veldcompetitie. Zo zijn er competities voor Junioren, Senioren (18+) en voor Veteranen (35+).

  • Hockeysticks
  • KNHB

Hockeybal

Een hockeybal weegt tussen de 156 gram en 163 gram en heeft een omtrek tussen de 22,4 cm en de 23,5 cm. De buitenkant van de bal is meestal glad, maar een naad of kleine putjes zijn toegestaan (dimple bal). Deze ballen worden vaak gebruikt bij hockey op een waterveld omdat deze ballen sneller rollen en minder stuiteren.

  • Hockeyballen

Hockeysticks

De stick wordt gebruikt om de bal te hanteren. De stick heeft een bolle kant en een platte kant en is vervaardigd uit hout en/of kunststof (glasfiber, polyfiber, aramide of carbon). De stick moet door een ring met een binnendiameter van 5,10 cm gehaald kunnen worden. De kromming in de stick, aantrekkelijk voor het zogenaamde slepen, is ook aan restricties gebonden. Per 1 september 2006 is de maximaal toegestane kromming 25 mm. De kromming is de afwijking die de stick in lengterichting mag hebben. Over de vorm van de haak of de krul is niet veel vastgelegd in de reglementen. De haak is in de loop der tijd veranderd van een (afgeronde) L-vorm, naar een kwart cirkel, vervolgens naar een halve cirkel en benadert anno 2010 de U-vorm. De omhoog komende poot van de U mag, gemeten vanaf het grondvlak niet meer dan 10 cm zijn. Doordat de stick conform de reglementen altijd de bolle kant rechts heeft en de platte kant links is deze alleen rechtshandig te gebruiken. Linkshandige sticks zijn niet toegestaan.

  • Hockeysticks

Hockeytassen

Hockeytassen zijn onmisbaar om chaos en onnodig tijdverlies te voorkomen. Met een hockeytas heb je al je hockeyspullen bij elkaar zodat je snel klaar bent om naar het veld te gaan. Ze zijn er in allerlei kleuren, formaten, merken etc. en worden steeds hipper en moderner.

  • Hockeytassen
  • Hockeytassen

Hockeyveld

Het veld Schematisch bovenaanzicht van een hockeyveld (een yard is 91 cm). Het veld is over het algemeen gemaakt van kunstgras, maar in alle klasses kan het voorkomen dat een wedstrijd op een grasveld moet worden gespeeld. Er bestaan twee soorten kunstgrasvelden: watervelden en zandingestrooide velden. De zogenaamde semi-watervelden zijn daar nog een tussenvorm van. Er is een verschil tussen het veld en het speelveld. Speelveld: dat gedeelte van het veld, dat binnen de zijlijnen en de achterlijnen ligt, inclusief de lijnen zelf. Veld: alles binnen de veldafrastering (het hek), inclusief de dug-outs en (uiteraard) het speelveld. Het speelveld is rechthoekig, 91,4 meter lang en 55 meter breed. De grenzen zijn afgebakend met lijnen die 7,5 cm breed zijn. De lange lijnen heten zijlijnen en de korte lijnen achterlijnen. Het stuk tussen de doelpalen wordt doellijn genoemd. Op het speelveld zijn een middenlijn en twee 23-meter-lijnen aangebracht. Voor het midden van elk doel, op 6,4 meter afstand, bevindt zich een stip met een diameter van 15 centimeter. Hier wordt de strafbal genomen. Om het doel is een halve cirkel, die uit twee kwartcirkels bestaan met een straal van 14,63 meter en een recht stuk (voor het doel) van 3,66 meter. De speler mag alleen scoren als hij binnen die halve cirkel staat; een geheugensteuntje is de ABCD-regel: het is pas een doelpunt als de aanvaller de bal in de cirkel heeft aangeraakt en de bal in zijn geheel over de doellijn is gegaan.

  • Hockeyveld

Hockeywedstrijd

Een hockeywedstrijd duurt twee keer 35 minuten en wordt geleid door twee scheidsrechters. Er is een rustperiode van vijf minuten. Er wordt begonnen met een beginslag vanaf de middellijn aan het begin van de wedstrijd, na de rust en na een doelpunt. Elke scheidsrechter is primair verantwoordelijk voor één helft van het speelveld, maar zij mogen beiden fluiten voor overtredingen gemaakt in het hele veld, behalve voor overtredingen die gemaakt zijn in de cirkel die de verantwoordelijkheid is van de andere collega. De scheidsrechters fluiten als team en helpen elkaar zoveel mogelijk door aan te geven wie de vrije bal moet krijgen. Met ingang van het seizoen 2009/10 mogen spelers een vrije bal ook op zichzelf spelen; de bal hoeft dus niet per se eerst naar een medespeler. Het hockey kent geen buitenspelregel meer.

  • Hockeywedstrijd

Nederlands hockeyelftal

Zowel de Nederlandse mannen- als vrouwenploeg doet al jarenlang mee op het hoogste niveau. Beide teams wonnen in de loop der jaren de nodige prijzen, zoals de olympische titel (mannen in 1996 en 2000, vrouwen in 1984 en 2008 ) en de wereldtitel (mannen in 1973, 1990 en 1998, vrouwen in 1971, 1974, 1978, 1983, 1986, 1990 en 2006).

  • Nationale elftal dames en heren

Spelers en de keeper

Het spel wordt gespeeld door twee teams van elk 11 spelers, 10 veldspelers en een doelverdediger of keeper. De 10 veldspelers moeten scheenbeschermers dragen en een stick in hun handen hebben. Een gebitsbeschermer wordt sterk aanbevolen, maar is niet verplicht. Een keeper in vol ornaat. Er bestaan 2 soorten doelverdedigers: De standaard keeper met volledige uitrusting (zoals kickers (voeten), legguards (schenen), een keepersbroek, een toque een bodyprotector, handschoenen, elleboogbeschermers, een afwijkend shirt en een helm). Deze bescherming is, met uitzondering van de helm, NIET verplicht. Deze keeper mag niet over de 23-meterlijn komen behalve voor het nemen van een strafbal. Bij het nemen van een strafbal mag de keeper de helm wel afzetten. De vliegende keeper draagt een shirt in afwijkende kleur, móet een helm op tijdens strafcorner en strafbal en mag verder geen bescherming dragen behalve de verplichte scheenbeschermers en eventueel een gebitsbeschermer. Hij mag wél buiten het 23-meter gebied komen, maar dan zónder helm; de helm mag binnen het 23-meter gebied naar gelieve gedragen worden. De vliegende keeper behoudt verder wel alle rechten van een standaard keeper, alleen dan zonder bescherming. De (vliegende) keeper mag de bal binnen de cirkel spelen met elk deel van zijn lichaam of met zijn stick. Buiten de cirkel mag dat alleen met zijn stick.

  • Hockey
© 2006-2024 Expertpagina.nl | Pagina maken | Algemene voorwaarden | Contact